WELKOM op de pagina TIPS voor ouders/verzorgers
Op deze pagina treft u een aantal TIPS aan met hoe om te gaan met Drank & Drugs gebruik van uw kind.
Heeft u toch nog vragen, neem dan vrijblijvend contact met ons op. We proberen zo eerlijk mogelijk antwoord te geven, zonder moeilijke woorden te gebruiken. Zonder oordeel en we zijn er om je te helpen, we behandelen elke vraag vertrouwelijk!
Afspraken over uitgaan
Bij uitgaan horen spelregels. Deze kun je het beste op een rustig moment (dus niet als je kind net klaar staat om naar het feestje te vertrekken) met elkaar vaststellen of bespreken. Afspraken maken over uitgaan, kan helpen voorkomen dat je kind in aanraking of in problemen komt met drugs. Hier vind je een aantal praktische tips van andere ouders en experts.
- Spreek af hoe vaak je kind uit mag gaan. Als jongeren erg veel tijd alleen met leeftijdsgenoten zijn, is de kans groter dat ze drugs (gaan) gebruiken.
- Speek af tot hoe laat je kind uit mag gaan. Later is het niet alleen minder veilig op straat. Het drugsgebruik neemt ook toe in de loop van de nacht.
- Spreek af hoe je kind thuis komt (en wat is belangrijker: op tijd thuis, of niet alleen naar huis fietsen?)
- Maak afspraken over bezoek aan festivals en dance evenementen. Op veel dance evenementen en festivals worden drugs gebruikt. Wil je kind graag naar een festival, verdiep je dan in de muziekstijl en het publiek. Dat vertelt je vaak veel over het drugsgebruik. De meeste dance evenementen zijn overigens niet toegankelijk voor minderjarigen.
- Spreek af dat je kind zich meldt als het weer thuis is na een avond uit. Dan weet je dat het veilig thuis is gekomen en kun je het even in de ogen kijken.
- Vertel je kind dat het je altijd mag bellen als het zich onveilig of niet lekker voelt en opgehaald wil worden. Ook midden in de nacht. Zorg dan wel dat je ook bereikbaar bent.
- ‘Samen uit, samen thuis’ is de afspraak. Druk je kind op het hart dat je op elkaar let als je samen uitgaat.
- Bespreek van tevoren een aantal lastige situaties, zodat je kind hier alvast over nadenkt (Wat doe je als je vriendin haar jas kwijt is op het moment dat je naar huis wilt gaan? Wat kun je doen of zeggen als je een glas bier of pilletje aangeboden krijgt?)
Het helpt als je als ouder uitlegt wat je zorgen zijn. Wanneer er tijd en ruimte is om samen na te denken over de regels, geeft dat kinderen ook de mogelijkheid om je zorgen te begrijpen. De meeste pubers begrijpen best dat ouders regels stellen over uitgaan, al vinden ze dat niet altijd leuk. Bespreek jullie spelregels ook eens met andere ouders. Zijn jullie regels inderdaad zo streng? Andere ouders worstelen vaak met dezelfde vragen en problemen, het kan helpen om ervaringen uit te wisselen.
En tenslotte, houdt je kind aan de gemaakte afspraken. Als je dat doet, neem je jezelf als ouder en ook je puber serieus.
Als het gebruik uit de hand loopt
Wanneer is er sprake van misbruik van drugs?
Bij misbruik kan een kind vaak nog goed zonder een middel, maar misdraagt het zich regelmatig onder invloed van drugs. Bijvoorbeeld door onder invloed aan het verkeer deel te nemen, agressief te zijn of (seksuele) grenzen over te gaan. Soms kunnen gesprekken met je kind en grenzen stellen helpen. Als dat niet lukt is het goed om hulp te zoeken.
Is mijn kind verslaafd?
Verslaving houdt in dat je niet meer wilt gebruiken, maar móet gebruiken. Je bent dus afhankelijk geraakt. Dit is niet altijd makkelijk te zien. Sommige signalen kunnen ook door de puberteit veroorzaakt worden.
Je kunt op de volgende zaken letten:
- Gedragsveranderingen
Door een verslaving gaat al je aandacht naar het middel. Je interesse voor andere zaken vermindert. Er is minder aandacht voor school of werk en sociale contacten. Door een verslaving kunnen kinderen zich passiever, depressiever, egoïstischer en/of agressiever gedragen. Dit kan uiteraard ook andere oorzaken hebben. - Andere dingen opzij zetten om te kunnen gebruiken
- Oneerlijk zijn over gebruik
- Stoppen van gebruik uitstellen.
Als iemand zegt te willen stoppen, maar dit steeds uitstelt, kan dit een signaal zijn van verslaving. - Steeds meer en of vaker gebruiken.
- Doorgaan met gebruiken ook al nemen nadelen toe.
Iemand die verslaafd is, blijft vaak doorgaan ondanks het verslechteren van gezondheid of conditie, relaties en prestaties. - Geldproblemen
Als je twijfelt kun je ook mensen in je omgeving raadplegen: hebben familie, vrienden of school ook signalen gekregen?
Hoe praat je met je kind over verslaving?
- Spreek je bezorgdheid uit en vertel je kind wat je aan veranderingen bij hem ziet. Vraag je kind of hij nog wel zonder drugs kan. Heeft hij nog controle?
- Je kunt ook samen een test doen, bijvoorbeeld op: jellinek.nl/benikverslaafd.
- Realiseer je dat het een grote stap is voor een kind om toe te geven dat het afhankelijk is geraakt van een drug. Probeer de drempel lager te maken door het kind niet te veroordelen en je hulp aan te bieden.
Hulp voor je kind?
Sommige kinderen erkennen zelf dat zij hun gebruik niet meer in de hand hebben. Misschien lukt het je kind om zelf te stoppen. Er zijn ook mogelijkheden om via internet ondersteuning bij het stoppen te krijgen. Vaak is zelf stoppen lastig. Je kunt met je kind praten over professionele hulp.
Ondersteuning bij de situatie
Veel kinderen met een drugsprobleem ontkennen hun probleem. Maar ook al erkent een kind het probleem, dan nog is stoppen vaak een moeizame weg. In beide gevallen is opvoeden een extra zware taak. Daarom kiezen veel ouders voor een vorm van ondersteuning:
- Je eigen omgeving
Het kan goed werken om je verhaal te doen bij mensen in je eigen omgeving. - De verslavingszorg
Als je kind wordt behandeld bij een instelling voor verslavingszorg, kun je daar zelf vaak ook ondersteuning krijgen. Dit kan ook als je kind zelf geen hulp wil. - Zelfhulporganisaties
Er bestaat ook hulp door ervaringsdeskundigen. Ze geven informatie en advies en brengen je in contact met andere ouders van kinderen met een verslaving.
Kijk bij hulp en steun voor je zelfvoor hulp in de buurt.
Wanneer loopt het uit de hand?
Je kunt zeggen dat gebruik uit de hand loopt als een kind een drug misbruikt of er verslaafd aan raakt. Dit kan samengaan, maar dat hoeft niet.
Als een kind regelmatig gebruikt
Sommige kinderen gebruiken regelmatig drugs. Een deel van hen raakt in de problemen. Maar een ander deel functioneert prima en raakt niet afhankelijk van de drug. Toch vinden de meeste ouders het niet prettig dat hun kind gebruikt. Vaak helpt verbieden niet meer. Wat kun je dan doen?
Houd contact met je kind
- Over alcohol en drugs praten met je kinderen lukt niet als je geen goed contact met hen hebt.
- Praat over allerlei zaken die belangrijk voor je kind zijn. Toon belangstelling voor grote en kleine gebeurtenissen in hun leven. Probeer te voorkomen dat je door je bezorgdheid alleen nog maar over drugs praat.
- Wanneer je kinderen ouder worden en minder vaak thuis zijn: weet waar ze zich mee bezig houden, wie hun vrienden zijn, met wie ze uitgaan, wat ze doen, hoe zo’n avond er uit zien en hoe ze thuis komen.
- Beloon positief gedrag. (aan afspraken houden, goede inzet op school, helpen van anderen in het gezin of daarbuiten)
- Zorg ervoor dat je kind je in vertrouwen durft te nemen als het toch afhankelijk van drugs dreigt te raken.
- Spreek je kind er op aan als je het idee hebt dat het meer of andere middelen is gaan gebruiken. Of als je het gevoel hebt dat het afhankelijk van het middel dreigt te raken.
Informeer jezelf
- Zoek naar informatie over drugs. Dat kun je ook samen met je kind doen.
- Lees over de drug die je kind gebruikt.
- Bezoek de ouderavond over drugs als de school van je kind die organiseert (of vraag, bijvoorbeeld via de ouderraad, of zoiets georganiseerd kan worden).
Stel grenzen
- Als een kind al regelmatig gebruikt, heeft verbieden in de meeste gevallen geen zin meer. Maar wat als je kind nog heel jong is, of kwetsbaar lijkt voor verslaving? Soms kan duidelijke grenzen stellen nog wel werken. Laat je ondersteunen door een instelling voor verslavingszorg of vraag advies bij de Drugs Infolijn.
- Ook als ze ouder zijn hebben kinderen behoefte aan grenzen. Als je niet kunt voorkomen dat ze gebruiken, maak dan afspraken over het gebruik. Bijvoorbeeld: geen alcohol en drugs buiten het weekend. Kijk of je samen tot afspraken kunt komen; als een kind heeft meegedacht over een afspraak, zal het zich er waarschijnlijk beter aan houden.
- Het overschrijden van grenzen hoort bij de leeftijd; kinderen proberen uit hoever ze kunnen gaan. Juist dan is duidelijkheid van jouw kant belangrijk.
- Bespreek met andere ouders welke regels zij hanteren. Kijk of jullie gezamenlijk iets af kunnen spreken.
- De school van je kind hanteert ook regels, door bijvoorbeeld afspraken te maken als de klas op werkweek gaat en door een reglement voor schoolfeesten te maken. Steun de school hierin.
- Regelmatig gebruik heeft natuurlijk risico’s. Je kunt proberen om met je kind te kijken hoe het de risico’s beperkt kan houden en kan voorkomen dat het afhankelijk van het middel raakt.
- Sta niet toe dat je kind door zijn drugsgebruik andere afspraken negeert of zijn beloften niet nakomt. Bijvoorbeeld afspraken over taken in huis, de tijd waarop het thuis komt en het meedoen met dingen die jullie als gezin samen doen.
- Geef je kind geen geld als hij zijn geld aan drugs of alcohol heeft uitgegeven en daardoor in geldnood raakt.
- Sta niet toe dat je kind onder invloed aan het verkeer deelneemt of op andere manieren de wet overtreedt of overlast veroorzaakt.
- Wees kritisch over je eigen gedrag: als je zelf niet goed met alcohol of drugs omgaat, wordt dat voor een kind ook moeilijker.
In actie komen
Bedenk dat experimenteren bij de puberteit kan horen en dat deze fase meestal vanzelf over gaat. Maar negeer het niet. Ga zo snel mogelijk een gesprek aan.
Praten over het gebruik van je kind
Bespreek het gebruik van je kind. Probeer rustig te blijven en erachter te komen hoe vaak het heeft gebruikt en waarom.
Praten over de werking van drugs
- Vraag je kind wat het weet van de risico’s. Probeer in gesprek te komen over de nadelen van het gebruik. Zorg dat je goed geïnformeerd bent. Overdrijf de risico’s niet.
- Je kunt ook even stil staan bij de prettige effecten die je kind bij het gebruik heeft ervaren. Dit kan ertoe bijdragen dat een kind zich gehoord voelt en meer open staat voor de dingen die je zegt over de risico’s.
Afspraken
- Als je al afspraken met je kind hebt gemaakt over drugs; wijs je kind hierop en houd hem of haar eraan.
- Als je nog geen afspraken met je kind hebt gemaakt, kun je dat alsnog doen. Als een kind nog maar net experimenteert, kan verbieden helpen. Leg dan duidelijk uit waarom je niet wilt dat je kind verder experimenteert.
- Verbieden werkt waarschijnlijk niet meer als een kind al wat langer aan het experimenteren is. Als dit het geval is, of je kind al wat ouder is, kun je ook overwegen om afspraken te maken over het gebruik. Sommige ouders spreken bijvoorbeeld af dat hun kind geen wiet rookt of alcohol drinkt buiten het weekend om.
Contact houden
- Houd contact met je kind. Het kan goed zijn om nog een paar keer te praten over het drugsgebruik, ook al is er niet direct een aanleiding.
- Hou in de gaten of je kind zich aan de afspraken houdt. Spreek je kind erop aan als dit niet geval is.
- Probeer te voorkomen dat je alleen nog maar over drugs en regels praat. Toon ook belangstelling voor andere gebeurtenissen in het leven van je kind en beloon positief gedrag.
Handig om te weten
Er zijn een paar dingen waarvan het handig is dat je kind ze ook weet:
- Veilig gebruik van drugs bestaat niet. Aan elke drug zitten risico’s. Zeker als je jong bent en je hersenen nog in ontwikkeling zijn.
- Een keertje proberen lijkt heel onschuldig, maar… na een keer gebruiken is de drempel niet meer zo hoog om het nog een keer te proberen.
- Jongeren die een vriendengroep hebben waarin regelmatig drugs worden gebruikt, denken vaak dat iedereen wel eens blowt of een pilletje slikt. Dat is niet waar: verreweg de meeste jongeren gebruiken nooit drugs.
- Ieder kind is anders. En de effecten van drugs zijn ook bij iedereen anders. Je kind loopt extra risico als het last heeft van lichamelijke of psychische klachten. En ook als verslaving in de familie voorkomt.
Houd contact met je kind
Over alcohol en drugs praten met je kinderen lukt niet als je geen goed contact met hen hebt.
- Praat over allerlei zaken die belangrijk voor hen zijn, toon belangstelling voor grote en kleine gebeurtenissen in hun leven.
- Wanneer je kinderen ouder worden en minder vaak thuis zijn: weet waar ze zich mee bezig houden, wie hun vrienden zijn, met wie ze uitgaan, wat ze doen, hoe zo’n avond er uit zien, hoe ze thuiskomen.
Informeer jezelf
Zoek naar informatie over drugs. Dat kun je ook samen met je kind doen. Als je goed geïnformeerd bent, kun je beter aangeven waarom je grenzen stelt.
- Lees de informatie over drugs.
- Bezoek de ouderavond over drugs als de school van je kind die organiseert (of vraag, bv via de ouderraad, of zoiets georganiseerd kan worden).
Houd het onderwerp bespreekbaar
- Een onderwerp is bespreekbaar als jij en je kind het gevoel hebben dat jullie vrij kunnen zeggen wat je wilt. Dat is makkelijker wanneer je dat ook al doet als ze jong zijn en niet pas voor het eerst als ze zich in het uitgaansleven storten.
- Bespreekbaar maken wil niet zeggen dat je het onderwerp te pas en te onpas aan moet snijden. Maar negeer het niet als er een aanleiding voor is. Bijvoorbeeld als ze er les op school les over krijgen, of wanneer er op tv-aandacht aan wordt besteed.
Uitstellen is belangrijk
- Alcohol en drugs zijn belemmerend voor de geestelijke en fysieke ontwikkeling. Wanneer een kind op jonge leeftijd begint aan alcohol of cannabis, is de kans op verslaving op latere leeftijd groter.
- Tot 18 jaar is het advies om drugsgebruik te verbieden, net als bij alcohol. Zorg dat jouw normen over drugs duidelijk zijn en dat je kind begrijpt waarom je daar regels over stelt.
Stel grenzen - Stel haalbare doelen voor jezelf, stel regels en leg je kind uit waarom.
- Zeker bij jonge pubers is het belangrijk om duidelijke grenzen aan te geven voor drugsgebruik.
- Ook als ze ouder zijn hebben ze behoefte aan grenzen. Het overschrijden van die grenzen hoort bij de leeftijd; kinderen proberen uit hoever ze kunnen gaan. Juist nu is duidelijkheid van jouw kant belangrijk.
- Beloon positief gedrag.
- Bespreek met andere ouders welke regels zij hanteren. Kijk of jullie gezamenlijk iets af kunnen spreken.
Begeleid je kind naar zelfstandigheid
Stimuleer je kind om eigen ideeën te vormen over dingen als vriendschap, seksualiteit, alcohol, roken en omgaan met geld.
Moedig jongeren aan om aan activiteiten deel te nemen die bijdragen aan zelfvertrouwen en zelfstandigheid. Geef ze bijvoorbeeld de verantwoordelijkheid voor de verzorging van een huisdier of andere taken in huis. Stimuleer ze in het ontwikkelen van talenten.
Wees je bewust van je voorbeeldfunctie
- Je hoeft geen geheelonthouder te zijn maar realiseer je: hoe jij je gedraagt heeft invloed op de mening van je kind en op zijn of haar gedrag.
- Als jij rookt, drinkt of drugs gebruikt wil dat nog niet zeggen dat je je kind niet kunt begeleiden. Ga dus even goed het gesprek aan.
- Je kind heeft ook met andere opvoeders te maken: op school en bij vrienden thuis. Zorg dat je weet welke regels op school gelden en hoe docenten omgaan met hun voorbeeldfunctie. Hetzelfde geldt voor regels bij de vrienden van je kind. Informeer wat de school van je kinderen doet en zou kunnen doen.
Informeer wat de school van je kinderen doet en zou kunnen doen
- De meeste scholen geven lessen over roken, drinken en drugs. Dat staat ook in de kerndoelen. Veel scholen doen daarnaast iets extra’s, zoals projecten, het opstellen van een genotsmiddelenbeleid, schoolregels en afspraken over leerlingen die misschien problemen hebben en het informeren van hun ouders.
- Informeer bij de school wat zij binnen en buiten de les doet op het gebied van roken, drinken en drugs.
- Stel het onderwerp aan de orde in een vergadering van de ouderraad. Misschien kan de ouderraad de school stimuleren om een tabak-, alcohol- en drugsbeleid te ontwikkelen.